Een reis naar Scandinavië met een Vindo 45 uit 1984, de Verdandi.
Na een Vindo-weekend te Broekerhaven gedurende de Pinksterdagen , waarbij we stralend weer hadden vertrokken we naar Lemmer met windkracht 6. We vlogen over het water. Daarna binnendoor via de staande mast route naar Lauwersoog. Het weer was steeds zeer onstuimig vandaar de keuze om binnendoor te gaan. We hebben drie maanden de tijd dus waarom niet rustig aan doen en genieten van de mooie plekken in ons eigen land zoals Dokkum en Leeuwarden, nog met de veerboot vanaf Lauwersoog naar Schiermonnikoog geweest en lekker gefietst tegen de wind in over het eiland.
Uiteindelijk vertrekken we met wel 20 schepen s’morgens vroeg naar Nordeney. De wind is N.O 4. De zon komt aarzelend achter de wolken vandaan en er is nog een lichte deining van de het slechte weer van de dagen ervoor. We varen op met de Bise, de QT en de Rival, allen Vindo-zeilers.
Vervolgens de lange tocht naar Cuxhaven, vertrokken om 6 uur en om 17.00uur gearriveerd in Cuxhaven, na een heerlijke zeiltocht door de Duitse bocht. Na de 100 kilometer Kielerkanaal bereiken we onze bestemming ..de Oostzee. Nog steeds stralend weer en we varen door naar Laboe. Wat ons betreft een nietszeggend kustplaatsje met de schijn-allure van Zandvoort.
De volgende dag scheiden onze wegen en gaan wij alleen verder op avontuur. Het is weer stralend alleen helaas weinig tot geen wind, wellicht het nieuwe spinnaker uit proberen?Maar helaas als een verlepte ballon hangt hij neer en we halen hem weg. We hadden de tip gekregen naar Kappeln aan de Schlei te varen en inderdaad een heel gezellig plaatsje waar we op een terras belandden om verse schol te eten en pas om 1 uur weer aan boord gingen na een geweldige muziekavond verzorgd door een Australische zangeres en muzikante.
Met een oostelijke wind 4 maakten we de volgende dag een prachtige tocht over de kleine Belt naar het eiland Lyo. Voor het eerst zwommen er tuimelaartjes met ons mee. Prachtig deze dieren in hun eigen omgeving gade te slaan. In de kleine haven lagen we als enig schip ,ook de volgende dag toen er een storm over ons heen kwam en we besloten nog maar wat te blijven ook al was er werkelijk niets te doen. We wandelden het eiland over en aanschouwden de kneuterige Deense boerderijen, kerkjes en schoolgebouwtjes.Rond 1750 zijn er 24 families naar dit eiland verbannen, waarvan de nazaten hier nog wonen. Een beetje stugge mensen waar geen contact mee te krijgen was. In de zomer schijnt dit een veelbezocht plaatsje te zijn. We zetten onze tocht voort naar Aeroskobing op het eiland Aero en fietsen dit eiland over wat ongeveer zo groot is als Terschelling.Een prachtige natuur, heuvelachtig dus af en toe flink trappen.
Verder door naar Svenborg, vandaar met aan bakboord het eiland Fyn en stuurboord Langeland een prachtige tocht onder een bewolkte hemel naar Nyborg een oud vestingstadje. We meren af in de stadshaven en na een half uur breekt de hel los. Windkracht 8 en regen. Hier blijven we dus maar even en bezoeken de volgende dag het middeleeuwse slot en andere schitterende gebouwen, klussen nog wat aan de boot en vertrekken richting Kerteminde onder de hoge brug door om s’middags in ‘de rode pimpernel’de wedstrijd Denemarken-Holland te bekijken. Wij zeer geinteresseerd, de Denen die daar waren nauwelijks, de drank was belangrijker.
Door naar het eiland Samso.Meren af in de brandende zon in het vissersplaatsje Ballen. Het schijnt dat je ook hier in de zomer over de boten van de ene naar de andere kant kunt lopen. Nu is het er gewoon gezellig.Je kunt hier heerlijke verse gerookte vis eten wat we danook uitgebreid gedaan hebben. We fietsen ook dit eiland over de volgende dag. Overal kun je bij de boerderijen verse aardbeien,aardappels,uien, peterselie voor een prik kopen. Bij een zogenaamde’loppen’ (rommelmarkt aan huis) tikken we een oude orginele koperen mijnwerkerslamp op de kop, die we de volgende dag helemaal opknappen, want het poeiert weer 7 a 8.
We hebben afgesproken met een andere Vindo , de Karma, om elkaar te ontmoeten in Maarup, een haventje aan de andere kant van het eiland. En ja.. op het afgesproken tijdstip ontmoeten we elkaar en drinken daar een havenbiertje op.
Op naar Zweden
We verlaten de Deense wateren en begeven ons op het Kattegat op weg naar Grena. We kunnen het met af en toe de motor bij net bezeilen. Het water van het Kattegat is wel andere koek. Op de een of andere manier staat er zelfs bij een matige wind een golfslag die overal vandaan lijkt te komen, wat schrijfster dezes zeer onaangenaam vond en zeeziekte lag dan ook steeds op de loer, dus zorg dat je pillen aan boord hebt als je hier naartoe gaat. Vanaf Grena willen we de oversteek maken via het eiland Anholt naar Varberg in Zweden.
Op weg naar Anholt bij wind Z.O 4 , bewolkt, gooien we voor het eerst onze vislijn uit en vangen prompt een paar gepen,die s’avonds op de door de havenmeester aangestoken BBQ, geroosterd en gegeten worden. Het leuke in Scandinavie is dat de zomer die hooguit drie maanden duurt ook echt gevierd wordt. Overal bij havens en mooie plekken zie je picknicktafels en BBQ ‘s . De mensen schuiven ook bij elkaar aan en delen het eten.
In de avond werden er grote vuren aangestoken om het midzomernachtfeest te vieren. Een mengeling van een oud germaans en christelijk gebruik. Op Anholt werden daar ook mooie liederen bij gezongen. Het duister van de winter maakt plaats voor de lange dagen van licht. Na alweer een fietstocht over dit kleine eiland vertrokken we de volgende dag om half zeven richting Varberg.
We houden er van altijd vroeg te vertrekken zodat je ruim speling hebt om in een volgende haven te komen en vooral in de maanden juli en augustus kwam dat goed van pas, omdat het op sommige plaatsen behoorlijk druk was en als je vroeg komt is er altijd plek.
Het is windstil en het water vertoont een lichte deining uiteraard van alle kanten want we zijn op het Kattegat. Een halfuur zijn we onderweg de ondiepten bij het eiland ontwijkend als we opeens in een dikke ondoordringbare mist zitten en onze wereld de afmetingen heeft van een glazen koepel met wat water en een bootje. De Karma zien we niet, maar gelukkig kunnen we elkaar wel horen door de marifoon en Rien heeft AIS en kan ons zien. We moeten een grote verkeersroute oversteken en kunnen dat niet in dikke mist doen want die grote jongens varen met 20 knopen rap op je af en in die mist kunnen we de ramkoers niet inschatten. We varen rustig verder op de motor en eigenlijk voelt het niet eens zo onaangenaam. Als de zon sterker wordt trekt de mist op en om 15.oo uur liggen we aan de kade van Varberg en zijn in Zweden!!! Varberg is een middelgrote stad, met een grote voorliefde voor klassieke Amerikaanse auto’s, die in grote getale s’avonds in het avondlicht langs de kade rijden om te zien en gezien te worden. We varen door naar Goteborg na een nacht aan een rotseiland door gebracht te hebben. Een aparte ervaring. Speciale pennen met ringen voor in de rots en een achteranker, zorgen dat je goed ligt want als het gaat waaien moet je je bed uit, balanceren in de nacht. De volgende morgen stond er windkracht 6 en moesten we absoluut vertrekken. Onze eerste ervaring met het varen in de scheren van West-Zweden was er dan ook een met hoge golven tussen de rotsen en eigenlijk niet precies weten hoe of wat, maar aldoende leert men.
Het varen tussen de scheren wordt zowel op de kaart als op de GPS aangegeven met zwarte lijnen,die je slechts hoeft op te zoeken en vervolgens te volgen. Als je het eenmaal door hebt is het absoluut niet moeilijk, tenzij er een windkracht 7 is en de doorgangen op zowel de kaart als de plotter onduidelijk zijn, maar geen paniek, rustig kijken , zodat je precies weet waar je zit.
In Goteborg lagen we in de haven van de koninklijke, Langedrag en konden daar vandaan met een tram naar de stad. Wedstrijd Nederland-Japan in een leuke kroeg.Een echte aanrader. Je ligt er rustig en kan eenvoudig de stad bereiken. Later hebben we nog in de stadshaven gelegen wat ook weer een aparte ervaring is en de moeite waard als de financien het toelaten want de prijs daar is pittig.Na een week side-seeing genieten van zon en rust en bezoek van vrienden waarmee we naar Roro varen , een eiland aan de rand van de zee.
Vanaf Goteborg kiezen we koers naar Marstrand varend door smalle doorgangen en vinden daar een plaatsje aan een passanten steiger. Inmiddels is het begin juli en krijgen de Zweden en Noren vakantie wat duidelijk te zien is aan de drukte in deze wateren. We varen steeds noordelijker door de scheren gaan naar Mollesund, het oudste vissersplaatsje van zweden, heerlijk gezwommen aan een strandje,Gravesund, Lungskile, Askerfjorden en Halsefjorden. Langs de Vindo werf gevaren op Orust vragen gesteld over onderhoud. De Vindo,s worden niet meer gebouwd maar nu alleen nog grote strijkijzerachtige motorjachten.
De Strommarna ingevaren ( echt uitzonderlijk mooi en stil) deels op zeil deels motor, een zeer smalle maar wonderschone route, naar Fiskebakskil. Voetballen kijken. De finale, uitslag bekend, helaas !!!
Bovallstrand, warm , vervolgens een mooie tocht door de Hamburgsund naar Grebbestad, wat een kermis, we willen hier gauw weer weg , ook het weer laat ons in de steek , veel wind en regen. In het gebied tussen Marsstrand en Grebbestad varen in deze periode(half juli) grote huurschepen vol jongelui die alleen maar zuipen en feesten, niet fijn om daar naast te liggen, zoek die plekken in deze periode niet op. Via Karingon, een zeer geliefd eiland waar we drie rijen dik lagen, zakken we weer langzaam af naar beneden om een stop te maken in Goteborg om de computer te laten maken en ons te bezinnen hoe we weer naar Denemarken zullen varen.
We besluiten helemaal naar beneden af te zakken en via de Zweedse westkust gaan via Varberg naar Falkenberg en willen van daar naar de Sont om nog Kopenhagen te bezoeken.
Door de afschuwelijke golfslag, heimwee, genoeg van de zee etc. stort ik een beetje in en wil alleen nog maar naar huis. Na een doorwoelde nacht vertrekken we om 5 uur s,morgens met ruwe zee. Ik leg mezelf klem tussen tafel en bank en wil geen zee meer zien , slaap de hele dag, heb voedsel en drinken klaar gelegd voor de schipper. We varen steeds maar door op genua en motor tot de zee wat dragelijker is en we om 5 uur s,middags de haven van Helsingor binnen lopen en een prachtige plek vinden met uitzicht op slot Kronborg ,Elsinor uit de Hamlet. Hier blijven we een paar dagen, lekker lezen , naar de kapper, het kasteel bezoeken, gezellig BBQ aan de haven, de boot weer eens lekker opruimen en proviand inslaan, kortom weer even bijkomen en grond onder de voeten voelen.
Per trein bezoeken we Louisiana,het museum voor moderne kunst aan de oever van de Sont, een must wanneer je in deze kontreien bent,prachtig gelegen, de beeldentuin doet denken aan het Kroller-Muller bij ons.
Na 5 dagen rust vertrekken we uiteraard weer vroeg naar Odden op het schiereiland Saelland bij het Saelllandrif. Weinig wind,stralend warm weer en eindelijk eens een gladde zee. Overal zien we tuimelaars, wat een schoonheid en rust. Arriveren om 13.00 uur in een rustige haven en genieten weer van de verse vis en de verse groenten die daar te koop is. Heerlijk verse doperwten. Op de een of andere manier smaakt alles in Denemarken fijner dan bij ons. Wat doen we toch met ons voedsel? of komt het door de zeelucht? Wel hangt er een doordringende rottende vislucht, die we door het mooie weer voor lief nemen, maar wanneer we twee dagen verwaaid liggen langzaam gaan verafschuwen. Sávonds barst er weer een storm, gepaard met regen los en houdt voorlopig niet op.
Na twee dagen zijn we het zat en willen weg,maar over het rif met windkracht 8 is niet aan te raden. Voorspelling is gunstig, afnemend tot 4 omstreeks 9 uur, dus we vertrekken rond half negen met alleen de genua op. Zodra we echter onder de luwte van het land uit komen en het rif moeten nemen, neemt de wind weer toe met uithalen tot 35 knopen. Heftig. We kunnen echter niet meer terug.
Dus motor bij en sturen van de ene boei naar de andere om het rif over te steken, eenmaal op open zee (grote Belt) gaat de motor uit en doen we het verder op zeilkracht. Ondanks alles heeft het wel wat. Er is absoluut geen tijd om bang te zijn. Het komt nu aan op goed sturen door de golven en doorgaan. Na een uur of twee komen we in wat meer beschut gebied en zetten koers naar Ebeltoft. Dit blijkt een ontzettend leuk plaatsje te zijn zodat al, onze inspanningen weer beloond worden en we s, avonds lekker uit eten gaan op een liefelijk bloementerras. Kom je in dit gebied bezoek dan dit plaatsje en ga vooral naar het plaatselijke museum , echt bizar!!
En dan komt langzaam het moment om de thuisreis te gaan aanvaarden. Na nog een bezoek van broer en schoonzus en een bijeenkomst van de vindo-club Denemarken in Arhus ( bezoek trouwens het museum voor hedendaagse kunst, de moeite waard, verder is er weinig aan in Arhus) gaan we samen met Lies en Ed van de Bise op huis aan.
Vanaf dat moment hebben we voortdurend alles tegen en vooral de wind. Veel regen , golven en wind. Op de kleine Belt waait in een heftige vlaag nog het grootzeil doormidden, gelukkig kunnen we het bovenste stuk met het rifoog en de reeftouwen op de giek binden en hebben we nog zeil wat we wel nodig hebben om tegen de golven op te boksen. We laten het maken in Kappeln. Er wordt een weergaatje verwacht dus we hebben haast om in Cuxhaven te komen om vandaar de Duitse bocht te kunnen nemen.
Met zo’n 50 schepen vertrekken we om 5 uur s,morgens richting Nordeney, door het goede weer besluiten we echter door te varen naar Borkum, waar we s,avonds om 10 uur arriveren, gelukkig want de volgende dag poeiert het weer , windkracht 7 en kunnen we op de genua halve wind naar Delfzijl te varen om het laatste stuk nog de staande mast route te varen en we na een paar dagen weer heelhuids en veel ervaring rijker in Volendam aan te komen.
Voor herhaling vatbaar?… Zeker maar dan wat rustiger aan.
Marijke de Graad Verdandi.
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.